Ik zat op een betonnen bankje voor de aula van de Erasmus Universiteit in Rotterdam te wachten op Maria, met wie ik in de avonduren Bedrijfskunde studeerde. Maria had me enkele weken geleden uitgenodigd om met haar mee te gaan naar de opening van het academisch jaar, een voorstel dat ik gretig accepteerde, niet in de laatste plaats vanwege het etentje dat ze me na afloop aanbood om oude herinneringen op te halen en bij te praten. Het thema van de middag luidde verbinding en één van de sprekers was de sprankelende dochter van Desmond Tutu, luisterend naar de prachtige naam Mpho Tutu van Furth. Trouw aan het thema van de dag vertelde zij over Ubuntu, de Afrikaanse filosofie die niet het ‘Ik’, maar het ‘Wij’ centraal stelt. Op het grote scherm citeert ze haar beroemde vader:
‘A person with ubuntu is open and available to others, affirming of others, does not feel threatened that others are able and good, for he or she has a proper self-assurance that comes from knowing that he or she belongs to a greater whole and is diminished when others are humiliated or diminished.’
Mpho vertelde over de geslaagde poging van de Keniaanse atleet Kipchoge om binnen twee uur een hele marathon te lopen. Een reuzenprestatie (ik had er ooit meer dan vier uur voor nodig). Ze wees erop dat hij dit record nooit gebroken zou hebben als hij niet de geweldige support zou hebben gehad van zijn hazen, trainers, sponsoren, diëtisten, fans en vele anderen. Het leven krijgt kleur en betekenis door de aanwezigheid van anderen. Er is geen ‘Ik’ zonder een ‘Wij’, het hield me nog de hele week bezig. Open en beschikbaar zijn voor anderen, anderen bevestigen, oké zijn met hun kwaliteiten en vooral niet jaloers zijn. Dat is, vertelde Mpho, de sleutel voor Kipchoge’s succes geweest. Dat is Ubuntu.
Haar wijsheid raakte bij mij de juiste snaar en gaf me ook een inzicht. Aanstaande maandag ben ik precies twee jaar getrouwd met Jacqueline, mijn Grote Liefde. Ik leerde haar kennen op voorspraak van mijn broer Gerard, die bij haar in de brugklas heeft gezeten. Hoewel hij haar al die jaren niet meer had gezien leek het hem een prima match, je moet er maar opkomen. Ook mijn vader, die op ons huwelijk weergaloos speechte, heeft haar in zijn oude hart gesloten, ze zijn vier handen op één buik. ‘Jij bent misschien niet mijn eerste partner,’ zei Jacqueline tegen me in haar wedding vows voor een groot publiek, ‘maar wel mijn laatste’. Zo voelt het voor mij ook: ik ben iedere dag weer blij dat ik haar destijds heb ontmoet en voel me de koning te rijk.
Mijn inzicht? Komende maandag zet ik niet alleen Jacqueline in het zonnetje, maar open ik mijn hart voor alle figuranten, vooral ook voor mijn (en haar) eerdere partners, die beurtelings hazen waren, trainers, sponsoren, diëtisten (!) en fans.
We horen bij elkaar. Ubuntu, that’s love.