Dit is een historische stadswandeling down Memory Lane, langs vlaggende kaasblokjes, in salami verpakte augurken en rauwe bloemkool met een dipsausje. Sigaretten, met en zonder filter, wenken je uitnodigend op ieder tafeltje, bier en Spaanse wijn voor de mannen en voor de dames staat er een advocaatje met slagroom klaar. Zie hier het decor van de verjaardagen, dat ik me herinner uit mijn vroege jeugd, ergens halverwege de vorige eeuw. Mijn moeder, vóór dag en dauw uit de veren, kreeg al in de ochtend haar buurvrouwen op visite, tot mijn niet geringe verbazing ook als mijn vader jarig was en zelf afwezig omdat hij gewoon moest werken. Opa’s en oma’s arriveerden in de loop van de dag en ‘s avonds puilde de woonkamer uit. Hoewel er natuurlijk hier en daar een helpende hand werd uitgestoken stond mijn moeder er grotendeels alleen voor. Ik realiseerde me later pas, dat zij de volgende dag vol zat met gedetailleerde verhalen van en over de meeste feestgangers en ik ontdekte: ze had ze ècht gesproken! Een huzarenstukje: zij verstond de nobele kunst om niet alleen te zorgen voor de catering, maar zelf ook daadwerkelijk aanwezig te zijn en haar hart open te stellen voor het bezoek. Wat een verschil: toen ik eenmaal zelf gastheer werd nam ik aan het eind van het feest maar al te vaak haastig afscheid van vrienden zonder ze te hebben gesproken.
Wij hebben dagelijks contact met mensen en gaan, hoe kort en vluchtig soms ook, contact met ze aan. We reiken uit naar de ander en komen in een situatie, waarin er ‘n uitwisseling kan plaatsvinden van roddels en wist-je-datjes, maar ook van energie en levenslust. Is het dan niet jammer, dat we ons vaak laten afleiden door al die dingen, die we bij zo’n ontmoeting van onszelf moeten doen zoals bedienen, beleefd doen, heen en weer rennen? Staan we niet te veel in de doe-stand en zouden we niet beter eens gaan leren om te ontvangen? Zeg nou zelf, dat is toch waar je naar verlangt als je op visite gaat: aandacht van degene die je heeft uitgenodigd? Bitterballen en bier kan je overal krijgen, waardevolle relaties niet. Mijn oude vriend Ted leerde me het haptonomisch gedachtengoed in m’n vingers te krijgen. ‘Ik begin altijd bij hun voeten,’ legde hij me uit, onderwijl liefdevol de voet van de gelukkige koesterend. ‘Dan moet je gewoon wachten tot er wat gebeurt, al moet je er niet gek van staan te kijken dat het soms wel twintig minuten kan duren.’ Zo creëer je een ingang,’ legde hij me uit, ‘en pas altijd goed op. Als je te snel bent verziek je alles, dan moet je weer helemaal opnieuw beginnen.’ Een waardevolle boodschap, een permanente note-to-self.
Ik heb daarom besloten hun goede raad aan de binnenkant van mijn schedel te krassen. Gastvrij zijn, de eerste zet doen, voor een ander zorgen? Niks mis mee, zolang je maar de reactie van de ander met affectie en toewijding ontvangt. Dat is voor beiden voelbaar.
Alleen zo wordt het leven één groot feest.